De verschillende takken

Hier vind je een overzichtje van onze verschillende takken en weetjes over wat ze juist inhouden!

Kapoenen

De jongste tak van de scouts zijn de kapoentjes.
Kapoentjes zijn kinderen van het eerste en tweede leerjaar.
Deze tak bestaat uit dus 2 leeftijdsgroepen.
De kapoenen kunnen dus bij onze scouts komen als ze in dat lopende scouts jaar 6 jaar worden.

De kapoenen gaan meestal 5 dagen en 4 nachten op kamp. Ze overnachten op kamp in een lokaal.

Kapoentjes ontdekken als jongste tak al spelend waar de scouts voor staat.
Het leven van een kapoentje bestaat op de scouts uit vrij en zorgeloos spelletjes spelen. De kapoenen leiding voorziet dan ook wekelijks leuke spelletjes op maat van de kapoenen.

Wouters

De wouters zijn de 2de jongste tak van onze scouts.

De naam ‘wouters’ is een samenstelling van ‘welpen’ en ‘kabouters’.

De wouters zijn momenteel de grootste tak van onze scouts.

De leden van de wouters zijn kinderen van het 3de tot 5de leerjaar, dus vanaf dat kinderen 8 jaar worden in het lopende scoutsjaar, horen ze bij de wouters.

De wouters gaan meestal ongeveer een week op scoutskamp en zij overnachten, net zoals de kapoenen, in een lokaal.

De wouter spelletjes worden al iets ingewikkelder en uitdagender, maar blijven zeker leuk en speels genoeg waardoor elke wouter zich volledig kan smijten in het spel, samen met al zijn vriendjes.

De meeste wouters bouwen graag kampen en zijn heel energiek.

Jonggivers

De jonggivers is de derde tak van onze scouts.

De naam jonggivers is een samenstelling van ‘jonggidsen’ en ‘jongverkenners’.

De leden bij de jonggivers zijn jongeren van het 6de leerjaar tot het 2de middelbaar.

Vanaf kinderen 12 jaar worden in het lopende scoutsjaar, zijn ze jonggiver.

De jonggivers gaan meestal ongeveer 10 dagen op kamp, in de Ardennen op een kampterrein waar ze slapen in patrouilletenten. De 3de jaars jonggivers behalen hier ook hun totem.

Bij de jonggivers wordt er sterk toegespitst op technieken verwerven zoals sjorren, knopen leggen, vuur maken, …

Kortom, bij de jonggivers verwerven de leden skills waardoor ze nog verder ontwikkelen tot een rasechte scout.

Naast het ontwikkelen van hun technieken, spelen de jonggivers vaak uitdagende scoutsspelletjes.

Givers

De givers is de 2de oudste tak van onze scouts.

De naam givers is een samenstelling van ‘gidsen’ en ‘verkenners’.

De leden bij de givers zijn jongvolwassenen van het 3de tot het 5de middelbaar.

Vanaf de jongeren 15 worden in het lopende scoutsjaar, zijn ze giver.

De givers gaan meestal rond de 2 weken op kamp, naar de Ardennen. Eens in de 3 jaar, gaan de givers naar een buurland op kamp.

In hun derde giverjaar, krijgen de leden hun voortotem op kamp.

Bij de givers worden de spelletjes voornamelijk uitdagend en een stuk ingewikkelder. De givers doen nu en dan ook een geldactiviteit om de kosten van hun kamp te drukken. De givers ontwikkelen zich nog verder tot de rasechte scout, aangezien er in deze tak ook verder gewerkt wordt aan het ontwikkelen van technieken en de mindset van de scouts.

Jins

De jins is de oudste tak van onze scouts. We hebben 1 jinjaar in onze scouts. Dit jaar is een afsluitend jaar als lid voor je leiding wordt.

De leden bij de jins zijn normaal gezien allemaal leeftijdsgenoten van hetzelfde jaar. Je bent een jin in het scoutsjaar dat je 18 wordt.

De jins gaan meestal tussen de 15 en de 20 dagen op buitenlands kamp. De bestemming verschilt van jaar tot jaar en de leden hebben hier zelf een vrij grote inspraak.

Bij de jins zijn de leden voornamelijk bezig met geldactiviteiten om hun kamp af te betalen, maar ook zij spelen nog uitdagende spelletjes.

Eén keer in de maand staan de jins in ‘jin in tak’ bij een van de jongere takken. Dit betekent dat ze mee in leiding staan, als ondersteuning van de tak leiding. Zo worden ze al klaargestoomd op het ‘leiding zijn’ waar ze hopelijk de komende jaren zich nog in gaan blijven smijten.